BRUCKNER

Recensie BRUCKNER – Symfonie nr.6 in A en nr.7 in E

BRUCKNER
Symfonie nr.6 in A en nr.7 in E
Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Mariss Jansons
RCO Live 14005 (2cd) • DDD-1.56’
Uitvoering **** | Registratie ****

In de elf jaar van zijn chef-dirigentschap heeft Mariss Jansons zich een goed schatbewaarder getoond van de klankcultuur van het KCO en hij laat het orkest in goede conditie achter. Dat blijkt ook uit deze opnamen, gemaakt in 2012. Bruckners Zesde symfonie is fraai van klank en getuigt van Jansons perfectionisme en zijn streven naar een uiterst zorgvuldige afwerking. Toch mis ik de vervoering en spiritualiteit van een werkelijk grootse Bruckner-vertolking. Er zijn fraaie momenten, zoals de coda van het eerste deel, het pianissimo slot van het Adagio en het energiek gespeelde Scherzo, maar het geheel imponeert mij niet. Deels heeft dit te maken met Jansons tempi in de eerste twee delen, die naar mijn smaak te snel zijn. Bruckners Zevende symfonie, vastgelegd tijdens de Kersmatinee van 2012, is een heel ander verhaal. Ook hier zijn Jansons tempi niet bepaald langzaam, maar ze komen natuurlijker en vanzelfsprekender over. Meteen vanaf de sublieme openingsmaten is het eerste deel één en al grandeur. Het Adagio is prachtig van sfeer en de ontlading van de grote climax (met bekkenslag) wordt mooi voorbereid en afgebouwd. Ook in Scherzo en Finale houdt Jansons de aandacht volledig vast. De weergave geeft een goed beeld van deze zaaluitvoeringen.
Niek Nelissen

Wilt u meer recensies lezen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen