CD 17A_727

Recensie BRAHMS – Strijkkwintetten op. 88 en op. 111

BRAHMS
Strijkkwintetten op. 88 en op. 111
Mandelring Quartett en Roland Glassl, altviool
Audite 97.724 • DDD-55’
Waardering: 8

Brahms componeerde twee strijkkwintetten, beide met twee altviolen. Hoewel deze bezetting niet ongebruikelijk is, ken ik geen enkel vast ensemble dat zich op dit genre toelegt. Het Mandelring Quartett vroeg altviolist Roland Glassl, die in 2015 na zestien jaar afscheid nam van dit kwartet, voor deze opname plaats te nemen naast zijn opvolger Andreas Willwohl. De vijf musici – waarvan de violisten en cellist bovendien uit hetzelfde gezin komen – kennen elkaar door en door. En dat hoor je. De musici vinden elkaar blindelings en het ensemble kan zich een uitgesproken interpretatie veroorloven. Het derde, fugatische deel van het Eerste kwintet kent bijvoorbeeld een onstuimige vertolking. Het Vivace van het Tweede kwintet is bij vlagen dampend en stampend, dan weer bedachtzaam. Over de timing is hoorbaar goed nagedacht en de uitvoering ervan is tot in de puntjes verzorgd. De volle klank geeft soms de illusie van een strijkorkest, de complexe structuren van Brahms zijn hier in goede handen. De sonore alten (prachtig in het tweede deel van opus 111) benadrukken Brahms’ voorliefde voor de middenstemmen. De twee kwintetten hebben de bijzonder prettige balans tussen doorwrocht vakmanschap en meeslepende melodieën die we van Brahms zo goed kennen. Een andere benadering om tot de bezetting van een strijkkwintet te komen is een ensemble samen te stellen uit een groter geheel. Het symfonieorkest van de Duitse omroep WDR leverde vijf uitstekende strijkers die met elkaar een romantischer, zonniger kijk op Brahms delen. Brahms omschreef het Eerste kwintet als ‘een product van het lenteseizoen’ en regelmatig dringt inderdaad het beeld van een tevreden en intens gelukkige componist zich op. De prachtig lyrische thema’s worden hier met verve en een flinke dosis liefde over het voetlicht gebracht. Bijzonder fraai is ook hoe de eerste viool zich aan het eind van het tweede deel losmaakt uit het collectief. Het Tweede kwintet walst ongegeneerd, deze strijkers leggen het er lekker dik op. Dat geldt al evenzo voor het melancholische tweede deel. De timing in het vierde deel is levendig en dynamisch, ook dit ensemble is prima in staat een energieke Brahms tot leven te wekken. De opname getuigt van de enorme individuele kwaliteit van hedendaagse orkestmusici. Het boekje vermeldt niet in welke ruimte de muziek opgenomen is, maar het zou mij niet verbazen als dat de grote orkestzaal is waar de musici thuis zijn.
Carine Alders

Wilt u meer recensies lezen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen