DVOŘÁK - String Quintet Op. 97

Recensie DVOŘÁK – String Quintet Op. 97

DVOŘÁK
String Quintet Op. 97 – String Sextet Op. 48
Jerusalem Quartet,
Veronika Hagen (altviool),
Gary Hoffman (cello)harmonia mundi HMM 902320 • DDD-67’
Waardering: 9

In zijn Sextet voor twee violen, twee altviolen en twee celli combineerde Antonín Dvořák zeer succesvol zijn Slavische temperament met de klassieke Duits-Oostenrijkse formules als sonatevorm en motivische ontwikkeling. Op een volkomen natuurlijke manier verweven de zes stemmen ritme en melodie, even lichtvoetig als in een kwartet. Ook in deze kamermuziek bereikt Dvořák bij luisteraars snel een staat van intense tevredenheid met het leven. Brahms moet bij de eerste keer dat hij een werk van Dvořák onder ogen kreeg uitgeroe- pen hebben dat deze componist meer goede ideeën had dan de rest van de componisten bij elkaar. Elke andere componist zou met de ideeën die bij Dvořák in de prullenbak belandden nog makkelijk een symfonie kunnen schrijven. Het lijkt er sterk op dat Dvořák zelf zijn overschot aan ideeën gebruikt heeft bij het componeren van het Strijkkwintet dat onmiddellijk volgde op zijn beroemde Ameri- kaanse strijkkwartet. De thema’s zijn zo verwant, dat je je afvraagt waarom dit kwintet zoveel minder bekend is. Om deze twee werken op te nemen leende het Jerusalem Quartet altvioliste Veronika Hagen van het gelijknamige kwartet en werkte het gezelschap samen met cellist Gary Hoffman. Beide musici voegen zich naadloos in het voorbeeldige samenspel. Het gezelschap lijkt te musiceren zoals Dvořák componeerde: volkomen natuurlijk, met het grootste gemak en plezier.
Carine Alders

Wilt u meer recensies lezen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen