Gedicht van de week

Anton Korteweg Portret: Trudy Kramer

In een tijd dat Gustav Mahler alomtegenwoordig is, kunnen we niet om Anton Korteweg (1944-2011) heen. De Nederlandse dichter die decennialang hoofdconservator was van het Letterkundig Museum noemden Mahler geregeld in zijn gedichten. Vaak koppelde hij de Oostenrijkse componist aan alledaagse gebeurtenissen om hem vervolgens weer ver daarboven te verheffen zoals in het haast terloopse Smaak uit de bundel Voortgangsverslag:

Smaak

De liefste muziek blijft toch die

waarbij je afwassen kan,

ouderwets, zonder machine,

met teiltje en afwaskwast.

 

Lepels tegen kopje,

geplop, gerinkel van glaswerk,

een botsend bord, vallende vorken

doen er geen afbreuk aan

 

Ik kom dan al snel terecht

bij Carmen, Bolero, Liszt,

Traviata, Eroica

maar Mahler gaat me te ver

 

Dik bovenop, vettig, tering,

let niet op een haaltje extra,

luid, schmierend, duidelijk.

 

Lekkere, hoerige ordi’s

niet om aan te horen zo plat,

die doen het bij mij altijd wel.

 

Uit: Voortgangsverlag, Meulenhoff Amsterdam 2005

Facebook
Twitter

Laatste artikelen