CD 35_721

Recensie VAN HOOF – Kunstliederen

VAN HOOF
Kunstliederen
Wilke te Brummelstroete (mezzo), Peter Gijsbertsen (tenor), Jozef de Beenhouwer (piano), Antverpia String Ensemble o.l.v. Ivo Venkov
Phaedra In Flanders’ Fields 90 • DDD-78’
Waardering: 7
Luister 721 – Januari/Februari 2017

Een cd met liefst 36 liederen van de Vlaamse componist Jef van Hoof (1886-1959), een vriendelijke laatromanticus. Dat waren veel van zijn Nederlandse generatiegenoten ook, maar er is een fundamenteel verschil: in Nederland vond men zichzelf al snel ‘belangrijk’, hetgeen zich vertaalde in vaak hoogdravende, intellectuele tekstkeuzes. Dat was Vlaanderen vreemd. Van Hoof zoekt eenvoudig te begrijpen gevoelens in de gedichten van zijn keuze, te beginnen met zijn eerste drie jeugdcomposities uit 1903/4 op heerlijk naïeve teksten van Guido Gezelle. Pure lyriek. In de onvolprezen pianist Jozef de Beenhouwer krijgen Van Hoofs liederen alle nuance en gevoelsbetoning die ze verdienen. Peter Gijsbertsen is in de 11 tenorliederen op zijn plaats; hij weet deze van de soms broodnodige bite te voorzien. Mezzo Wilke te Brummelstroete blijft een beetje aan de oppervlakte. Misschien is dat ook wel onvermijdelijk als je 25 van die onbekende liederen achter elkaar op moet nemen. Het portret is verder prachtig samengesteld en beweegt zich chronologisch door Van Hoofs oeuvre van 1903 tot de Kruisliederen uit 1948. Het boekje geeft alle liedteksten tweetalig. Een verdienstelijke aanvulling op de vijf symfonieën van Van Hoof op Phaedra en de twee strijkkwartetten waarmee de schitterende ‘In Flanders’ Fields’-serie ooit begon.
René Seghers

Wilt u meer recensies lezen, dus óók de recensies van albums die het afgelopen halfjaar verschenen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen