DIVERSEN
Mannheimer Cellists (cellosonates van Triklir, Filz, Schetky en Ritter)
Marco Testori (cello), Davide Pozzi (fortepiano)
Passacaille 1018 • DDD-76’
Waardering: 8
Luister 717 – Juli/Augustus 2016
Het keurvorstelijk hof van Mannheim had zo rond 1760/70 niet alleen een beroemd orkest dat een fameus crescendo kon voortbrengen, maar ook een groep componisten die grotendeels vergeten zijn, zoals Stamitz, Holzbauer en Cannabich. Zij hebben de overkant van de rivier nog gehaald dankzij de geschiedenisboeken, maar van de componerende cellisten aan het hof kan dat niet gezegd worden. Een viertal is hier bij elkaar gezet, met Anton Filz als oudste, hij overleed in 1760. De andere drie hebben tot in de 19e eeuw geleefd: Jean Balthasar Triklir, Johann Schetky en Peter Ritter. De sonates van Filz en Schetky hebben een becijferde bas, bij de andere voldoet een tweede baslijn die ook door een cello gespeeld kan worden. Hier is een fortepiano ingezet voor de begeleiding en het resulterende klankbeeld is levendig genoeg. De muziek is soms galant, met her en der iets van Boccherini, met bij Triklir een voorliefde voor het hoge celloregister. De uitvoerenden maken er wat van, en alle muziek heeft wel iets. Als voetnoot in de muziekgeschiedenis, welteverstaan.
Paul Herruer
Wilt u meer recensies lezen, dus óók de recensies van albums die het afgelopen halfjaar verschenen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.
