CD 10_719

Recensie J.S. BACH – Concertos

J.S. BACH
Concertos (concerten BWV1055, 1042 en 1044; cantate Non sa che sia dolore BWV209)
Alice Rossi (sopraan), Jan De Winne (fluit) en Mayumi Hirasaki (viool), La Divina Armonia o.l.v. Lorenzo Ghielmi (klavecimbel)
Passacaille 1019 • DDD-75’
Waardering: 8
Luister 719 – November 2016

Een schitterend voorbeeld van hoe Bach soms stukjes uit zijn eigen werk wist om te toveren tot sprankelende nieuwe composities: het concertje BWV1044 voor fluit, viool en klavecimbel. Het openings- en slotdeel (allegro en alla breve) zijn bewerkingen van de prelude & fuga voor klavecimbel BWV894, en krijgen door de spitsvondige dialogen tussen de drie solo-instrumenten een geheel eigen karakter. Het middendeel (adagio ma non tanto e dolce) is een ‘vertaling’ naar fluit, viool en klavecimbel van de triosonate voor orgel BWV527 – hier een wondertje van subtiliteit, waar de solo-instrumenten het zonder verdere begeleiding moeten stellen. Het piepkleine Italiaanse ensemble La Divina Armonia zet van dit concertje en van de concerti BWV1055 (voor klavecimbel, maar ooit bedoeld voor oboe d’amore) en het bekende BWV1042 (voor viool) voorbeeldige lezingen neer, met hulp van de gastmusici Jan De Winne op fluit en Mayumi Hirasaki op viool. Tussen de drie instrumentale concerten is een wereldlijke cantate ingelast, BWV209, voor solo-sopraan. Na een lange sinfonia met een mooie solorol voor de fluit krijgt de Italiaanse sopraan Alice Rossi twee recitatieven en twee aria’s (in het voor Bach ongebruikelijke Italiaans) te zingen, wat ze keurig doet. Maar zo’n vocaal intermezzo voelt wel een beetje als een breuk in het programma.
René de Cocq

Wilt u meer recensies lezen, dus óók de recensies van albums die het afgelopen halfjaar verschenen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen