570034bk Hasse

Recensie WIDOR – Suite Florentine – Complete Works for Woodwind

WIDOR
Suite Florentine – Complete Works for Woodwind
Thies Roorda (fluit), Alessandro Soccorsi (piano), Olivier Patey (klarinet), Alexei Ogrintchouk (hobo), Bert Mooiman (harmonium), Junko Naito (viool), Benedikt Enzler (cello)
Naxos 8.573764 • DDD-62’
Waardering: 9

Charles-Marie Widor sleet het grootste deel van zijn leven achter het orgel van de Saint-Sulpice te Parijs, het grootste en, volgens velen, meest imposante orgel van Frankrijk. Hij had patent op de orgelsymfonie, waarvan hij er tien schreef. Minder bekend is zijn kamermuziek, stukjes die vooral zijn gelieerd aan de salon van orgelbouwer Aristide Cavaillé-Coll, zijn grote stimulator. Widor werd er uitgenodigd om op de Érard te spelen, ontmoette er grote collega’s zoals Camille Saint-Saëns, en hield er zijn liederen en kamermuziek ten doop. Een interessant stuk uit dat oeuvre is de Suite florentine, gecomponeerd op vijfenzeventigjarige leeftijd. Dromerige, lyrische stukjes, met een prikkelend, grillig melodisch verloop. Een verschil met de Suite voor fluit en piano – als dertiger geschreven – die conventioneler van structuur is. De Trois pièces voor hobo en piano (arrangementen van stukjes voor piano of orgel) ontlenen hun charme vooral aan hun trefzekere soberheid. Een contrast met de Introduction et rondo voor klarinet en piano, waarin lyriek en virtuositeit juist hand in hand gaan. Een heuse ‘earcatcher’ is de Sérénade voor fluit, viool, cello, harmonium en piano. Prachtig gespeeld allemaal. Het werpt een hernieuwde blik op deze te eenzijdig belichte componist.
Maurice Wiche

Wilt u meer recensies lezen? Sluit dan hier een abonnement af en krijg automatisch toegang tot honderden andere recensies én voorgaande edities van Luister.

Facebook
Twitter

Laatste artikelen